98,71% beslissingen VAR correct?

Volgens de KBVB sloeg de VAR een prima beurt in de play-offs. Liefst 98,71 procent van de genomen beslissingen worden als juist beoordeeld.
Het afgekeurde doelpunt van Igor Thiago in KV Mechelen-Club Brugge. De penaltygate in Anderlecht-Racing Genk. Noem maar op. De discussies laaiden hoog op in de reguliere competitie.
Peter Willems kwam in februari aan het hoofd van de arbitrage te staan. Hij beloofde werk te maken van betere tijden. Vaste VAR-teams, extra opleidingen, meer uniformiteit in de genomen beslissingen, een betere communicatie tussen de scheidsrechter en de VAR, tactische briefings van de ploegen. Volgens de KBVB wierp dat alles vruchten af in de play-offs.
De refs kwamen in sleutelmomenten, situaties waarin de VAR ook mag tussenkomen, tot 88,39 procent juiste beslissingen. Na tussenkomst van de VAR steeg dat percentage tot 98,71 procent. In PO1 maakten scheidsrechters, na tussenkomst van de VAR en op sleutelmomenten, zelfs geen enkele fout.
“De beslissing die Jonathan Lardot in de slotfase van Club-Cercle heeft genomen vat de play-offs van onze scheidsrechters goed samen. Dankzij een uitstekende VAR hebben de scheidsrechtersteams uitmuntend gepresteerd. Dit vormt een goede basis om in de toekomst op verder te werken. We werken naarstig verder om het niveau van de arbitrage verder te verhogen, en onze scheidsrechters ook op internationaal niveau goed te zien presteren.”