De Roeck tevreden: “Individuele klasse en vuile meters”
Een groot spelersverloop, een nieuwe trainer. Bij de start van het seizoen klonken er twijfels. Zou dit Antwerp voor een plaats in de top zes moeten knokken of zat er toch wat meer in? Halfweg de reguliere competitie staan ze op de derde plaats. Jonas De Roeck kijkt tevreden toe.
The Great Old zette een 27 op 45 neer, enkel KRC Genk en Club Brugge deden beter. Toch had de ploeg nog hoger kunnen staan. In de topwedstrijden tegen de huidige top-zes pakte Antwerp slechts 1 op 15, maar dat magere aantal weerspiegelt het geleverde spel niet. “Tegen Anderlecht en KV Mechelen thuis, op Club Brugge… Het had anders kunnen eindigen”, mijmert De Roeck bij Het Laatste Nieuws. Al pakte zijn ploeg, zoals iedereen, ook wel eens gevleide punten. “In Westerlo verdienden we dan weer niet om te winnen.”
Meer nog dan het puntentotaal is De Roeck tevreden over de spelwijze. “Ik wil vooral dat we durven voetballen van achteruit. En in thuiswedstrijden moeten we dominant zijn”, stelt hij zijn twee hoofdpunten voorop. Meer dan in het begin van het seizoen slaagt Antwerp erin wedstrijden te controleren. Daardoor heeft het een knappe reeks kunnen neerzetten. Beter dan verhoopt? “Nu, dat we in de top-drie zouden staan, is misschien wat onverwacht”, geeft De Roeck toe.
Ondanks de frisse aanpak blijft de Antwerpse verdediging als een huis staan. Dat de tegenstander weinig gevaar kan stichten, komt ook voort uit de kwaliteiten aan de bal, legt De Roeck uit. “We proberen zo lang mogelijk balbezit te houden en de tegenstander zo ver mogelijk van doel te houden”, klinkt het. Daarnaast heb je natuurlijk individuele klasse nodig. “Senne (Lammens, nvdr.), Toby (Alderweireld), Zeno (Van Den Bosch) … Zij staan goed, lezen het spel.” Tot slot roemt De Roeck de mentaliteit van zijn elftal. Elke speler, ook de ‘oudere vedetten’, is bereid om “de vuile meters” op te knappen. Die attitude wil hij uiteraard zo lang mogelijk vasthouden.