De autopassie van Tim Matthys
Voetballers spenderen veel tijd in hun wagen. De trainingen, wedstrijden en andere verplaatsingen brengen heel wat kilometers met zich mee. Volgens Tim Matthys kan je die dan maar beter comfortabel doorbrengen. Daarom koos de ‘koning van de assists’ voor een groter, luxueus model.
De 28-jarige middenvelder debuteerde in het seizoen 2004-2005 met AA Gent in eerste klasse. De Zottegemnaar was daarna actief bij Zulte Waregem, het Griekse Panthrakikos en Lierse. Hij is bezig aan zijn tweede seizoen bij RAEC Bergen.
In wat voor auto rij je vandaag rond?
“In een Audi Q5. Ik heb die twee jaar geleden gekocht. Het is geen clubwagen, maar mijn persoonlijke auto. Voordien reed ik wel altijd met een auto van de club rond. Maar toen ik naar Lierse ging, werd de afstand een beetje te groot en besloot ik om een eigen wagen te kopen.”
Waarom heb je voor die wagen gekozen?
“Het is een zeer mooie wagen, en ook een beetje een gezinswagen. Lang heb ik er niet over getwijfeld. Waarom geen Q7? Die zijn net een maatje te groot voor mij. De Q5 is inderdaad ook vrij groot, maar niet zo’n monster op de weg als de Q7. Bovendien had Tomasz Radzinski, toen mijn collega bij Lierse, me de auto aangeraden. Hij had er zelf ook eentje.”
Waar hecht jij belang aan bij de keuze voor een auto?
“Het gaat me vooral om de combinatie tussen mooiheid, comfort en vooral luxe. Radzinski had me daarom ook gezegd het model met een automatische versnelling te nemen. Dat was iets duurder dan een handmatige versnelling, maar qua rijcomfort maakt het echt een verschil. Ook het uiterlijk is belangrijk. Daarom liet ik nieuwe velgen onder mijn wagen installeren.”
In welke mate speelt snelheid een rol?
“Meestal ben ik een erg defensieve bestuurder. Zaterdagavond na een wedstrijd, als het niet meer zo druk is op de weg, durf ik wel eens wat sneller te rijden. Normaal gezien heb ik niets met racewagens, maar de Audi R8… Wauw. De buitenkant is magnifiek en doet me zelfs denken aan de uitstraling van een Ferrari. De R8 heeft alles wat ik van een wagen verwacht.”
“Ik háát files!”
Wat was je allereerste wagen?
“Die kreeg ik van AA Gent toen ik 20 jaar was. Het was een grijze Opel Astra, voor mij een super wagen. Tot dan moest ik het altijd doen met de wagen van mijn ouders, maar toen ging met mijn eigen wagen de wereld voor me open (lacht). Die Opel was alles wat ik wou, en meer.”
Hoe lang had je toen al je rijbewijs?
“Dat haalde ik in 2002, toen ik 18 jaar was. Op beide examens was ik van de eerste keer geslaagd. Voor het theoretische deel volgde ik met drie vrienden een tijd avondlessen. Het praktijkexamen behaalde ik dankzij mijn vader. Hij was een goede instructeur, want hij werd nooit boos (lacht).”
Audi’s zijn meestal voorzien van talloze snufjes. Wat doe jij tijdens een rit in je wagen?
“Meestal luister ik gewoon naar muziek, Coldplay ofzo. Maar mijn Q5 is ook uitgerust met kleine schermpjes en een DVD-speler, dus als ik niet zelf rij, kijk ik soms wel eens naar een aflevering van Het Eiland. Maar meestal rij ik zelf wel.”
Heb je al eens een ongeval gehad?
“Ja, twee keer. Eén keer als bestuurder, maar toen was er enkel blikschade. Ik was een moment onoplettend toen de wagen voor mij plots stopte en ik hem langs achter aanreed. Mijn ongeval als passagier was ernstiger. Mijn moeder reed en moest hard remmen, waardoor de wagen weggleed en tegen een vrachtwagen tot stilstand kwam. Gelukkig kende ik de vrachtwagenchauffeur en kwamen we er met de schrik vanaf.”
Zou je meer auto’s kopen als je meer geld had?
“Mijn vriendin en ik hebben nu elk een wagen. Zij heeft een Peugeot 206. Voor ons is dat een ideale situatie en bovendien ruim voldoende. Autorijden is ook duurder geworden en de files worden alsmaar langer. En ik háát files (lacht). Ik maak nog liever een omweg van vijftig kilometer dan dat ik tien minuten in de file moet staan.”
{banner keyword=De Witte}
