Veljkovic aan de klaagmuur: “Ik heb niemand vermoord”
Dejan Veljkovic duikt de Belgische geschiedenisboeken in als de eerste spijtoptant. Dat statuut kreeg hij niet zomaar. Als spilfiguur in de zaak Propere Handen gaf hij inzage in zijn zwarte boekhouding. Informatie waarmee het gerecht grote kuis kan houden in het Belgisch voetbal. Veljkovic lijkt al terug in een andere wereld te leven. Dat blijkt uit een toch wel opmerkelijk interview.
“Ik ben vrijgesproken”, citeert de Servische krant Zurnal Dejan Veljkovic. “Ik ben door een hel gegaan.” Hij merkt daar graag bij op dat een rechtbank de KBVB en het Belgisch Arbitragehof voor de Sport op de vingers tikte, omdat ze zijn makelaarslicentie afpakten.
“Ik werd opgepakt en in hechtenis gesteld voor zaken waar ik niets mee te maken had”, gaat zijn relaas bij Zurnal verder. “Ze vielen me aan en ik stond machteloos. Ik mocht niet communiceren met de media, noch mezelf verdedigen. Zelfs mijn vrouw zat dertig dagen in voorarrest.”
“In het voorjaar van 2019 gaven ze me een schorsing van tien jaar voor matchfixing, zonder dat ze bewijzen hadden. Ze veroordeelden me gewoon. Het beroep van mijn advocaten werd afgewezen, en het is verschrikkelijk wat ze de hele tijd over mij schreven. Alsof ik iemand heb vermoord. Ik ging door een hel, omdat ik het werk waar ik van hou niet kon doen.”
Terugkeer
Zijn imago kreeg een immense deuk. Welke ploegen of spelers zullen nog met hem willen samenwerken? Dejan Veljkovic ziet dat anders.
“Ik zal sterker dan ooit terugkeren. De komende dagen wordt alles geregeld en krijg ik mijn makelaarslicentie terug. Iedereen kent mijn reputatie, niet alleen in België, maar ook in Europa. Ik kan niet wachten om weer aan de slag te gaan als makelaar.”
