Ex-directeur over Propere Handen
Degraderen er clubs vanwege matchfixing? Wat met clubs die op een of andere manier meewerken aan ‘zwarte betalingen’ van trainers of spelers? Ludwig Sneyers was directeur bij de Pro League en lijkt behoorlijk geschrokken van alles wat er zich nu afspeelt in het Belgisch voetbal.
Hij was tien jaar actief als directeur-generaal bij de Pro League, tot hij eind 2016 opstapte. Onder meer de invoering van de nieuwe competitieformule met play-offs, kerstvoetbal en de splitsing tussen betaald- en amateurvoetbal gebeurden tijdens zijn ambtstermijn. De Truienaar heeft een duidelijke mening over de zaak Propere Handen.
“Ondertussen ben ik al twee jaar uit het voetbal gestapt waardoor ik het beter vanaf afstand kan volgen”, merkt Sneyers op bij TVL Sport. “In de voetbalwereld is men volledig wereldvreemd geworden. Er is geen enkel besef van normen en waarden meer.”
“De feiten die plaatsvonden behoren tot het verleden, maar als club en organisatie kan je wel stappen nemen om dat te vermijden. Je kan een onderscheid maken tussen witwaspraktijken, zwart geld en matchfixing, al is dat voor mij wel allemaal onaanvaardbaar in het voetbal.”
Volgens Sneyers zijn er wel grote verschillen tussen de drie genoemde sjoemelpraktijken. “Matchfixing staat op een hoger niveau, ik spreek wel niet over het juridisch aspect ervan. Als je weet dat je een gefixte wedstrijd aan het kijken bent, verliest die match volledig zijn waarde. Waarom zou je nog supporteren voor iets wat niet echt is? Dan raak je de kern van het voetbal.”
“Anderzijds zijn er dezelfde soort sancties gekoppeld aan matchfixing en witwaspraktijken. Je kan evengoed iemand in het bestuurt hebben die een makelaarsfunctie bekleed, wat dan financiële doping inhoudt. Dat wordt beschouwd als oneerlijke concurrentie en is ook absoluut onaanvaardbaar.”