Fred Rutten pleit voor BeNeLiga
Er werden al zoveel over gezegd en geschreven, de vorming van een BeNeLiga bleek geen haalbare kaart. De voordelen wogen niet op tegen de nadelen. Fred Rutten hoopt dat het er toch nog van zal komen.
In navolging van de Belgische Jupiler Pro League overweegt men in de Eredivisie ook met een Play-off 1 van start te willen gaan. De volgende stap zou de BeNeLiga kunnen zijn.
“Hoe kan het oneerlijk zijn als dit systeem zo is afgesproken? Als iedereen van tevoren weet waar hij aan toe is? Kijk liever naar wat je wel krijgt met die play-offs, namelijk weerstand. Ik zou dat voor Nederland niet zo gek vinden”, geeft de trainer van Anderlecht aan bij Voetbal International.
De voorstanders van al die hervormingen opperen dat de Belgische en Nederlandse zo de kloof met de grote voetballanden kleiner kunnen maken. Vaak zijn dat mooie praatjes. De verschillen zijn gigantisch. David De Gea wil niet ingaan op een contractverlenging met een weekloon van ruim 400.000 euro. Bij Anderlecht zou het gemiddeld jaarsalaris 700.000 euro bedragen. Om maar een voorbeeld te geven.
Genoeg talent in België
“Ik weet ook wel dat je hiermee het gat niet gaat dichten met clubs in Europa die werken met een begroting van 800 miljoen euro. Maar je kunt het gat wél verkleinen, doordat spelers vaker op een hoger niveau spelen, waardoor er ook meer van ze wordt gevraagd”, geeft Fred Rutten mee. “Je zou het in mijn beleving zelfs nog breder kunnen trekken. Ik leen dat idee even van Harry van Raaij, de oud-voorzitter van PSV. Zijn gedachte over zo’n BeNeLiga, een competitie van de beste clubs uit Nederland en België, is helemaal zo gek nog niet”.
Volgens Rutten kunnen de Nederlandse ploegen er alleen maar baat bij hebben. “Nu spelen Ajax, PSV en Feyenoord in de Eredivisie vier topwedstrijden per seizoen, tegen elkaar, maar in een BeNeLiga gaat dat aantal omhoog. Dan speel je er zo een stuk of tien. Voor ons voetbal zou dat absoluut niet slecht zijn.”
“Als ik kijk naar wat voor talent er in België nog steeds rondloopt, hoeft dat land zich geen zorgen te maken. Ik zag laatst Anderlecht Onder-21 spelen tegen Racing Genk Onder-21. Dat was voetbal op hoog niveau: tactisch en technisch, maar vooral ook fysiek. Als ik dat zie, hebben we in Nederland nog steeds een inhaalslag te maken.”
