Wat tovert Luciano D’Onofrio nog uit zijn hoed?

De vierde plaats en winnaar van de Beker van België. Paul Gheysens toonde een dikke duim en gaf meteen aan dat Antwerp de lat weer wat hoger moest leggen. Betere resultaten en beter voetbal, dan komt er best nog wat bij.
De cijfers spreken boekdelen. Antwerp staat na zes speeldagen op de elfde plaats. De 8 op 18 past niet binnen de doelstellingen. Dat twee verdedigers de beste doelschutters zijn, geeft aan dat er nog werk aan de winkel is.
Junior Pius mikte twee keer raak tegen Eupen. Linksachter Simen Jukleröd vlamde twee keer raak in de uitmatch tegen STVV. De vier andere goals kwamen er via Dieumerci Mbokani, Pieter Gerkens, Lior Refaelov en verdediger Abdoulaye Seck.
Wie bovenin wil meedraaien, moet meer de weg naar doel vinden. Zo zit aartsrivaal Beerschot aan twaalf treffers. De promovendus staat vierde. Charleroi, Club Brugge en Anderlecht scoorden twaalf tot zestien keer. Alleen Standard had minder goals nodig (derde plaats!), maar de Rouches incasseerden er slechts drie en Antwerp negen.
Ivan Leko dringt dan ook sterk aan op een kwaliteitsinjectie. Er is meer nodig dan de komst van Jean Butez (Moeskroen), Birger Verstraete (1. FC Köln), Frank Boya (Moeskroen), Alireza Beiranvand (Persepolis FC), Nill De Pauw (Atromitos) en Pieter Gerkens (Anderlecht).
Antwerp speelde trouwens Sinan Bolat, Wesley Hoedt, Dino Arslanagic, Zinho Gano, Kevin Miallas en onder meer Steven Defour kwijt.
Luciano D’Onofrio staat erom gekend graag toe te slaan op het einde van de mercato. De sportief directeur van Antwerp FC heeft tijd tot en met 5 oktober om de transferhonger van de coach te stillen.
